Ik sta op, bed uit, tanden poetsen, snel naar mijn geweldenaar van alweer 21 jaar. Het is mooi weer. De dag bij uitstek om onze favoriete waterplas op te zoeken voor een frisse duik met onze voeten, lekker met je tenen door het zand. Of een ferme wandeling eromheen.
Ja, jij bent een gewoontedier. Ik misschien nog wel meer als het onze favoriete zwemplas betreft. Daar waar ik de auto zo neer kan zetten zodat het nog maar een peulen schil is qua afstand om te lopen. Helemaal goed voor jou en mij.
In gedachten zie ik jou, helemaal in je element. Maar de waarheid is ook deze ochtend anders. De Corona nachtmerrie staat in alle hevigheid voor onze deur te briesen!! Ik weet het, ik moet maar beter niet klagen, maar begrip tonen voor het grote rode onuitsprekelijk frustrerende lint dat voor de parkeerplaats hangt waar wij normaal gesproken parkeren. Bij mij werkt dit lint als de spreekwoordelijke rode lap op een stier. Niet omdat ik het niet snap. Want echt, we willen niet nog een 2de Coronanachtmerrie golf. Deze wave, daar bedank ik liever voor. Echt. Dus meewerken wil ik.
MAAR……..
Ik kan er niet over uit. Soms zie ik ze voorbijkomen in een optocht. De onredelijkheid met daarachter het onbegrip met daarachter de brutaliteit met daarachter de nonchalance en met als hekkensluiter het verdriet van de kwetsbaren onder ons, waar we iedere dag wel iets intens verdrietigs over vernemen en dan met name de moordende eenzaamheid. Oh en dan vooraan de stoet lopen onze zorghelden, vermoeid, risico’s nemend maar vergevingsgezind want je verleend zorg of je doet het niet, ook als mensen zich onverantwoord gedragen en daardoor een 2de golf veroorzaken met hun brutale, onverantwoorde, onredelijke en nonchalante houding.
Ik geef mijzelf op mijn kop. Ach, ik weet het ook wel, ze bedoelen het niet altijd zo rot. De mens is in brede zin een gewoontedier en DOET gewoon weer hoe het in het “oude normaal” ging. Zo zit ons brein nou eenmaal in elkaar.
Dus vergevingsgezind loop ik naar supermarkt 1 in ons mooie dorpje. Supermarkt 1 krijgt van mij een 10 en een griffel en een zoen van de juffrouw. Alle karretjes worden schoongemaakt voor en na gebruik. Er is een maximum aantal mensen die erin mag en de verkeersrichting in en voor de supermarkt word geregeld daar waar nodig.
Vervolgens ga ik naar supermarkt 2 ook in ons mooie dorpje. Ik schrik. Ook daar was het goed geregeld. Met de nadruk op WAS. Het IS niet meer goed geregeld. De karretjes worden niet meer schoongemaakt. Alle mensen kunnen vrijelijk in en uit lopen. Ik sta stil en observeer. Een onredelijke woede maakt zich van mijn meester. Of is die woede misschien wel redelijk? Want ik spreek na 5 minuten van intens griezelen over het vrijgevochten consumentengedrag de filiaalmanager aan. Ik vraag hem waarom er niemand meer staat? De man, heel aardige man overigens beweerd: “Dit is de verantwoordelijkheid van de consumenten zelf.” We staan naast de karren en de mensen blijven karretjes erin pleuren. De 1 desinfecteerd, de ander niet. De 1 loopt links en botst bijna tegen de ander op. Chaos. De 1 1/2 meter afstand is verworden tot hier en daar 20 tot (met een beetje mazzel) 50 centimeter. Ik kijk de man vol ongeloof aan en ga.
En daar sta je dan met je goeie gedrag. Zorg voor onze kwetsbaren en HOU VOL. Beginnend bij de intelligentie van ieder individu. TOCH?
We nemen vandaag wel weer die andere waterplas. En ik heb, naar een poosje relativeren, mijn goede humeur weer te pakken. Die andere waterplas is uiteindelijk niet het allerergst.
BUT IT DOES NOT MAKE ANY SENCE AT ALL!!