Zaterdag, je zit op de bank.
Druk ben je bezig, in de ene hand heb je een folder met heel veel mais op de voorkant, oneindig veel leesplezier dus. In de andere hand heb je achteloos een boekje vast en duw je op de muziekbuttons. Het lijkt verwarrend, maar ik bedenk me dat als jij zo oneindig veel details ziet en hoort dat het voor jou echt onvoorstelbaar mooi moet zijn. Ik stel mij voor dat 1 toon voor mij wel duizend tonen voor jou zijn, tonen die ik niet waarneem. Zo zal het ook met de mais zijn, ik zou het willen zien zoals jij het ziet maar kan het mij alleen maar voorstellen.
De tv staat op de achtergrond ook nog aan en soms werp je er een blik op. De boekjes geven je de veiligheid om daarna af en toe je blik te richten op het moeilijkere verhaal van de film over Tarzan. Je hebt even rust. Rust van een ochtend waarin je duidelijk wel details kon samenbundelen tot 1 geheel. We gingen een ontbijtje kopen bij de hema en je begreep het, je dook de hema in en liep gericht achter mij aan..en JA dat is niet zo gewoon als het lijkt. Het is niet zo gewoon dat jij mij soms echt MAMMA noemt en mij ook als zodanig herkent en mij volgt. Ik loop langzaam, achterom kijkend of je nog steeds achter mij loopt, de afstand tussen jou en mij inschattend (deze moet niet te groot worden want dan raak je mij kwijt). Na het ontbijtje geef je duidelijk aan dat je door de hema heen wil lopen. Je weet de afdeling gebak snel te vinden en blijft ook nog likkebaardend staan voor de pepernotenafdeling. Ik verwonder mij erover hoe je bij de taartafdeling een bewuste keuze maakt voor de voor jou overbekende tompoes en bij de pepernotenafdeling kiest voor het voor jou totaal onbekende fondant.
De tompoes komt in een doosje met een plaatje erop van de tompoes. Onbetaalbaar zo’n doosje. Die mag jij betalen bij de kassa. Daar aangekomen neem je het hazenpad en ik denk: “Blijf staan mamma van Michael, misschien komt hij wel weer bij je terug!!” Met toch wel een over alert gevoel sta ik bij de kassa en hou je goed in de gaten. Af en toe roep ik je en plotseling sta je daar weer, achter mij en precies op tijd om het groene knopje in te drukken van de pin. BETAALD.
We lopen terug naar de auto. Ik weet hoe lastig je het vind om door de deur naar buiten te gaan en al dat moois en lekkers achter je te laten. Ik pak het zakje fondant en geef je er een, ik vertel dat je dit goed hebt uitgezocht en voor je het weet sta je buiten op weg naar de auto. Je pakt de hand van jouw broer.
Zo mooi, je wil over de muur voor de kerk lopen, op weg naar de auto. Nog even balanceren op 1 been en nog een keer. Een intense blik vol trots en overwinning priemt zich in die van ons. Het is zo aanstekelijk, die blijheid van iets wat echt iedereen bijna normaal lijkt te vinden, behalve als ze het jou zien doen, puberpeuter van 20 jaar.
En dan komen we thuis aan. In de loop van de middag tover ik het geweldige doosje tevoorschijn, met tompoes. De herkenning. Altijd weer mooi, die ogen van jou met herkenning. Ze roepen het uit: “Ohhhhh heerlijk, hier heb ik op gewacht en oh ja, die kochten we vanmorgen!!”
Zaterdag, je zit op de bank en hebt een andere pagina met etenswaren ontdekt, je ogen en neus piepen erbovenuit en kijken naar Tarzan.